Afknappen op waslappen?

Afbeelding

Ik las laatst een artikel over een verpleegkundige die was afgeknapt op de zorg: teveel werkdruk, te weinig werkplezier. Naast veel zwaarwegende argumenten klaagde hij dat de patiënten met waslappen gewassen moesten worden in plaats van met waskom, water en zeep. Deze gedemotiveerde verpleegkundige staat jammer genoeg niet op zichzelf. Steeds meer verpleegkundigen en verzorgenden stoppen voortijdig met het werken in de zorg. Als ik met zorgprofessionals over dit probleem praat is de aangedragen oplossing vaak: geef meer geld en personeel. Maar is dit de enige oplossing of kan er door anders te werken ook resultaat worden geboekt? Hoe erg is het eigenlijk om een hulpmiddel als waslappen in te zetten?

 

Als we het aan de zorgvrager over laten dan kiezen de meesten voor een douche. Deze wasmethode duurt het langst en daar is helaas niet elke dag tijd voor. Wassen met waskom, water en zeep gaat sneller, maar de methode met de waslap is zonder meer het snelst. Goed voor mensen met dementie want die willen soms niet zo graag gewassen worden en dan heeft een snelle methode de voorkeur. Daarnaast is het voor mensen met een dunne huid beter om zeep te vermijden en de waslappen bevatten zowel componenten voor de reiniging als voor de huidverzorging. U merkt het, ik sta er niet afwijzend tegenover. Sterker, ik gebruik ze regelmatig zelf om mij snel op te frissen na een inspannende fietstocht. Mijn ervaring is dat veel patiënten deze snelle wasmethode niet als onplezierig ervaren. Wel vind ik het belangrijk dat de tijd die wordt uitgespaard met waslappen in plaats van de waskom kan worden gebruikt om een aantal andere zorgvragers lekker te laten douchen.

 

 

Ik wil geen stagiaire

Afbeelding

Stagiaire fysiotherapie helpt bejaarde patiënt

Onlangs sprak een jonge stagiaire fysiotherapie mij aan. Zij had een intake gedaan bij een lastige en boze patiënt. Hierbij weigerde de man antwoord te geven op haar vragen. De reden? Het was zijn derde opname al en hij vond dat de stagiaire eerst zijn dossier maar eens moest lezen. Hij was ook boos omdat hij met stagiaire moest praten; hij wilde liever een professional aan zijn bed. En tot slot was hij niet meer te motiveren om oefeningen te doen want die blijken toch niet te helpen. Anders zou hij hier niet zijn, toch?

 

Tsja, daar sta je dan als stagiaire op je eerste werkdag. Hoe kan je hier mee omgaan?

 

Het begint door goed naar de patiënt te luisteren. Deze man is al voor de derde keer opgenomen, dus het lijkt terecht als hij zegt dat de meeste gegevens al aanwezig zijn. De stagiaire zou dan kunnen aangeven dat ze alleen nieuwe informatie nodig heeft die betrekking heeft op de opnameklachten. Op die manier zal zij waarschijnlijk minder of geen weerstand ondervinden.

De klacht van de zorgvrager over de stagiaire lijkt ook terecht. Deze tweedejaars fysiotherapeute in opleiding moest al op haar eerste dag in haar eentje een intake doen. Het staat professioneler als haar werkbegeleider er de eerste keren bij aanwezig zou zijn. Dat is niet alleen beter voor de patiënt maar ook voor de stagiaire.

Tot slot de weerstand tegen de oefeningen. De patiënt zag als effect van al het oefenen slechts dat hij voor de derde keer werd opgenomen. Weliswaar niet voor dezelfde klachten, maar erg motiverend was het niet voor hem. Om deze patiënt te motiveren is het nodig om opnieuw te starten. Belangrijk is hierbij om te luisteren naar de patiënt en door te vragen naar zijn wensen. Als voor patiënt en zorgverlener het probleem helder wordt, dan zal de patiënt waarschijnlijk meer gemotiveerd zijn om mee te werken aan een oefentherapie.

 

Voor de stagiaire was het een vervelende maar leerzame start van haar stage. En in de dagen erna volgden er gelukkig nog vele goed lopende intakes met aardige patiënten.

 

 

Vijf sterren all-inclusive

Afbeelding

Onderdeel van Woonzorggroep Samen

Verpleeghuis Magnushof in Schagen

Vandaag was het de dag van de zorg. Een mooie gelegenheid om in mijn woonplaats Schagen het verpleeghuis Magnushof te bezoeken. Ik kreeg er een rondleiding van een enthousiaste medewerkster.

 

Dit moderne huis heeft veel te bieden. Er wordt een prachtige gesloten tuin aangelegd voor de dementerende bewoners. De afdeling fysiotherapie heeft een aantrekkelijke sportzaal en beschikt daarnaast over een verwarmd zwembad voor bewegingstraining. Ook is er een dagbehandeling en kan er gebruik worden gemaakt van de diensten van ergonomen, logopedisten, een hoorspecialist, een kapster en een schoonheidsspecialiste. Tenslotte beschikt het huis over een uitgebreide eigen keuken. Nieuw voor mij was dat dit alles niet alleen was bedoeld voor bewoners van de Magnushof maar voor iedereen in de omgeving, zij het op indicatie of tegen betaling.

 

De meeste bewoners beschikken over een eigen kamer en mede door een aantrekkelijk lentezonnetje buiten, speelde een kort moment de vergelijking met een vijf sterren all-inclusive vakantieoord door mijn hoofd. Meteen daarna werd die gedacht weer verdrongen. In een verpleeghuis hebben de meeste bewoners levenslang; ze kiezen er niet vrijwillig voor, maar omdat het niet anders kan. Dan is het fijn om te zien dat mensen die zich veelal in hun laatste levensfase bevinden, kunnen worden verzorgd in een omgeving met vijfsterren-uitstraling.

 

 

Uw plaspauze staat later gepland!

Ik hoorde een tijdje geleden van een leerling-verpleegkundige dat de zorgvragers op haar stageadres alleen naar het toilet mogen op vaste toilettijden. Een zorgvrager die moest plassen kreeg in haar bijzijn te horen dat het nog geen tijd was. Toen de zorgvrager aandrong omdat ze echt heel nodig moest werd haar gevraagd wat het probleem was – ze droeg toch incontinentiemateriaal?

Gelukkig voor de zorgvrager heeft de leerling deze mevrouw naar het toilet geholpen.

Natuurlijk hebben we in de zorg te maken met bezuinigingen en er zullen prioriteiten moeten worden gesteld. Welke prioriteiten dat zijn hangt af van de visie op zorg. Maar vriendelijkheid en respect zijn tegelijkertijd onbetaalbaar en gratis.

Gelukkig zijn situaties zoals hierboven beschreven uitzonderingen. Laten we er wel voor waken dat dit uitzonderingen blijven. Toen ik zelf nog leerlingen in de praktijk begeleidde stelde ik hen altijd de volgende vraag: hoe zou je willen dat je eigen ouders worden behandeld?

Waarom altijd thee en koffie verkeerd?

De voetbalclub van mijn dochter serveert in de rust aan alle spelers thee waar al suiker in zit. Dat vindt mijn dochter niet lekker en daarom neemt zij altijd zelf een drankje mee. Zij heeft de keuze en de mogelijkheid om dit te doen.

Veel dementerenden hebben die keus niet. Zij krijgen standaard koffie met melk en suiker omdat het te tijdrovend is om naar hun wensen te vragen. Bij dementerenden gaat het denkproces nu eenmaal trager dan bij anderen. Eer de dementerende een antwoord op een vraag bedacht heeft, is de verzorgende al tien vragen verder.

Als ik aan zorgverleners vraag waarom zij altijd melk en suiker in de koffie doen, krijg ik geen duidelijk antwoord. Het valt ook niet mee om er achter te komen wat een dementerende zorgvrager wil. Dat vraagt tijd en creativiteit.

Mijn advies is om gebruik te gaan maken van de beschikbare informatie. Bij een opname wordt altijd aan de mantelzorg gevraagd wat de eet- en drinkgewoonten zijn van de zorgvrager. Het is dan een kleine moeite om dit in een schema te zetten en dat mee te nemen bij de maaltijd en het drinken tussendoor. Er hoeven aan de zorgvrager dan geen moeilijke vragen te worden gesteld, maar deze krijgt wel het eten en drinken dat hij lekker vindt.

Introductie

Hallo, ik ben Paulien Knol, trainer van verpleegkundigen en verzorgenden. In deze functie en gedurende mijn jarenlange praktijkervaring heb ik veel verhalen gehoord en meegemaakt over het omgaan met chronisch zieken en dementerenden.

In deze blogs wil ik regelmatig iets schrijven over de gang van zaken in de zorg. Dat kan gaan over dingen die niet zo goed gaan, maar vanzelfsprekend ook over zaken die wel goed gaan. Ik zal soms tips geven, soms vragen stellen en soms vraagtekens plaatsen. De bedoeling van mijn blogs is om verpleegkundigen en verzorgenden alert te houden in de dagelijkse uitvoering van hun werk, zodat zij weer met een frisse blik naar de zorgvragers kunnen kijken.